30 november 2024

Korten op stages? Dan hebben we straks nóg minder vakmensen

Het wordt veel lastiger voor mbo-leerlingen om stage te lopen, waarschuwt Gert Harm ten Bolscher. De plotselinge bezuinigingen pakken rampzalig uit.

Eind oktober werden opeens forse bezuinigingen aangekondigd die enorme gevolgen hebben voor de economie en de beschikbaarheid van goed opgeleide vakmensen.

Minister Fleur Agema zegt te gaan bezuinigingen op het stagefonds voor de zorg, haar collega op onderwijs Eppo Bruins wil vanaf 2028 het Regionaal Investeringsfonds voor mbo-studenten afschaffen. Beseffen de ministers wel dat deze bezuiniging waarschijnlijk meer gaat kosten dan opleveren?

Dit zal mbo-studenten, de scholen en het werkveld hard raken. De klappen vallen juist in de sectoren waar het personeelstekort al groot is en nog zal oplopen de komende jaren.

Zonder vakmensen staat alles stil in Nederland: zonder goede vakmensen geen woningbouw, geen zorg voor kwetsbaren en senioren, geen brood en geen transport. Stages zijn een essentieel onderdeel van de mbo-opleiding. Niet alleen om studenten de vaardigheden van hun vak bij te brengen, maar ook om ze een goed beeld te geven van de sector en in de praktijk te laten ervaren wat het werk inhoudt, en wat er verwacht wordt van een werknemer.

Begeleiding bij stages is cruciaal

En andersom werkt het ook: ervaren medewerkers in het ziekenhuis, het bouwbedrijf, de basisschool, krijgen dankzij de stagiairs de nieuwste inzichten uit de opleidingen mee. Maar vooral: zonder stage kunnen studenten hun opleiding niet afronden; mbo-studenten leren op school én in de beroepspraktijk.

Met de huidige en toekomstige tekorten op de arbeidsmarkt moeten we extra hard proberen mbo-studenten gericht op te leiden voor sectoren zoals de zorg, techniek en onderwijs. Het is cruciaal dat jongeren bij hun stage begeleiding krijgen. Juist het Stagefonds biedt daarvoor de ruimte. Als dit wegvalt, zal het aantal vakmensen verder slinken.

Zorginstellingen in Overijssel, zoals ziekenhuis Medisch Spectrum Twente, Liberein en Carint Reggeland, hebben al aangegeven dat zij noodgedwongen het aantal studenten dat bij hen stage kan lopen zullen verminderen. Want zij kunnen niet meer garanderen dat de studenten goed begeleid worden.

Die maatregel zorgt natuurlijk voor een magerder instroom van nieuwe werknemers in de zorg en vergroot de tekorten in het verpleeg­huis, de crèche en het ziekenhuis. Ook de gezondheidszorg wordt zo geraakt door de bezuiniging op het stagefonds.

Bouw nieuwe woningen

Naast deze bezuinigingen op het stagefonds voor de zorg maakte minister Bruins bekend het Regionaal Investeringsfonds per 2028 af te schaffen. Het doel van dit fonds is om mbo-studenten beter voor te bereiden op de huidige en toekomstige ­arbeidsmarkt, door hen al tijdens hun studie te laten werken met de nieuwste technieken en methoden.

In Overijssel zetten we dit investeringsfonds in voor sectoren met een grote schaarste aan gekwalificeerd personeel, zoals in de metaal, elektrotechniek en andere delen van de technische sector. Het verdwijnen van dit fonds heeft op deze manier een negatief effect op tekort­sectoren als de bouw, techniek en de maakindustrie in het algemeen. Afschaffing van het fonds zal zo leiden tot nog minder goed opgeleide en ingewerkte werknemers, die we in de toekomst juist zo hard nodig zullen hebben.

Wegvallen van subsidies zal al snel zorgen voor een terugloop van instroom van goed opgeleide mbo-­werknemers in de tekortsectoren. Dit vergroot de krapte op de arbeidsmarkt, zet druk op ambities als de bouw van nieuwe woningen, de zorg en andere sectoren. Zo zal de bezuiniging voor schade zorgen van de toekomstbestendigheid van onze Nederlandse economie.

Dat kan niet de bedoeling zijn. Daarom de oproep aan de Kamer­leden om de minister Agema en Bruins, ook bij de behandeling komende week van de onderwijsbegroting voor volgend jaar, ervan te overtuigen dat voorgenomen plannen voor de toekomst van Nederland desastreus zijn.

Korten op stages? Dan hebben we straks nóg minder vakmensen