26 maart 2014

Motie OV Overijssel

ZWOLLE – Statenlid Jan Slagman heeft vandaag een motie ingediend waarin GS wordt opgeroepen onderzoek te doen naar het invoeren van een Konus-gast-kaart in Overijssel. Met een Konus-kaart kunnen bezoekende toeristen gratis gebruik maken van trein en bus.

De motie werd ingediend tijdens de behandeling van het Statenvoorstel herijking OV-tactiek. In 2008 is door de provincie Overijssel de “OV-tactiek West-Overijssel”vastgesteld, waarin de beleidskaders op het gebied van openbaar vervoer in West-Overijssel voor de middellange termijn staan weergegeven. Beoogde looptijd van deze OV-tactiek was 10 à 15 jaar, in lijn met de duur van diverse concessies. Forse bezuinigingen op de BDU en andere negatieve financiële ontwikkelingen vragen om eerdere aanpassing van de OV-tactiek. Het exploitatietekort bedraagt momenteel ongeveer 8 miljoen per jaar. De inkomsten en uitgaven moeten structureel met elkaar in balans komen.

Door Gedeputeerde Staten zijn een aantal scenario uitgewerkt waar bezuinigingen te behalen zijn, onder andere door afbouw of opheffing van parallelle buslijnen, bijvoorbeeld langs de spoorlijnen, tijdelijke opheffing van scholierenlijnen in vakantietijden e.d. Door Provinciale Staten is een statenbreed gedragen amendement ontwikkeld dat inhoudt dat men meer ziet in een ombouw van het Openbaar Vervoer dan in afbouw. 

Slagman benadrukte in zijn bijdrage het belang van goed functionerend OV. Tevens pleitte hij voor het invoeren van een zogenaamde Konus-gast-kaart zoals deze ook in het Zwarte Woud in Duitsland wordt gebruikt. Bezoekende toeristen kunnen hiermee gratis gebruik maken van het streekvervoer (bus en trein). Via de toeristenbelasting wordt een kleine bijdrage in rekening gebracht. Deze bijdrage zou gebruikt kunnen worden om het tekort op de OV-balans terug te dringen. Invoering van een toeristenkaart kan er tevens voor zorgen dat de bezetting in het OV in de daluren omhoog gaat en de toeristische sector een impuls krijgt.

De motie werd met een meerderheid aangenomen.

 

Hieronder de integrale bijdrage van Slagman inclusief motie:

Voorzitter, wie van ons heeft in 2008, toen de huidige OV-tactiek werd opgesteld, aan de vooravond van een grote economische crisis, kunnen bedenken dat zich zes jaren later zulke donkere wolken boven het Openbaar Vervoer zouden samen pakken? Toen de OV-tactiek in 2008 werd opgesteld was er nog geen sprake van Rijksbezuinigingen op de BDU en de BDU-index. Daardoor konden ook langjarige concessies worden aangegaan, risico’s waren er nagenoeg niet. We gingen uit van een gestage groei in het OV en rijksbezuinigingen waren ons, op dat punt, vreemd.

Dat het Openbaar Vervoer binnen Overijssel leeft en varieert, daarvan kunnen we iedere keer weer getuige zijn. Vanuit de commissievergaderzalen zien we op bepaalde tijden de soms overvolle bussen voorbij rijden. Daarentegen zien we ook op andere tijden bussen rijden met enkel de chauffeur aan boord.

Daar ligt ook voor een belangrijk deel van het probleem. Enkele momenten per dag druk, en soms zelfs overbelast, en daarna stukken minder.

In het voorliggend voorstel worden een aantal maatregelen voorgesteld die op termijn voor een ombuiging en aanpassingen moeten zorgen , en zo tot een gewenst positief financieel effect moeten leiden. De voorgestelde maatregelen zijn niet allemaal positief ontvangen. Dat hebben we niet alleen kunnen vernemen tijdens de inspraakrondes, maar ook afgelopen maandagmiddag toen een aantal buschauffeurs,  op het plein voor het Provinciehuis op een ludieke manier aan onze commissievoorzitter, de heer Heskamp,  ongeveer 24.000  handtekeningen kwamen aanbieden van mensen die op deze manier hun zorgen kenbaar maakten t.a.v. het Openbaar Vervoer in West-Overijssel.

De SGP-fractie is er ten diepste voorstander van om het OV indien mogelijk  zoveel mogelijk in stand te houden. Wie van ons is dat niet? Er zal wat moeten gebeuren om het Openbaar Vervoer in stand te houden.

Voorzitter, er zijn in Zwolle een aantal grote onderwijsinstellingen. De SGP-fractie is groot voorstander om onderwijsinstellingen meer te betrekken bij het vervoer van hun leerlingen. Eigenlijk mag wat ons betreft, om het Openbaar Vervoer te ontlasten,  de verantwoordelijkheid van dit vervoer primair zelfs bij de scholen en grote ondernemingen worden neergelegd. Mevrouw van Abbema van de CU-fractie verwees in haar bijdrage hierbij naar de provincie Zeeland.

De gemeente Zwolle verwees tijdens de inspraakronde naar het voorbeeld in de gemeente Rotterdam. Hoe heeft de gemeente Zwolle, en hoe heeft de Provincie Overijssel het als werkgever voor haar werknemers geregeld? Zo maar een vraag, voorzitter.

Voorzitter, er is,  m.b.t. dit onderwerp, een het statenbreed gesteund amendement m.b.t. de “Ombouw van het Openbaar Vervoer’ ingediend. De SGP-fractie steunt dit amendement graag  en dient ze daarom ook mede in.

In het voorstel van Gedeputeerde Staten staat, sommige lijnen van het Openbaar Vervoer te laten vervallen in de schoolvakantietijden. De SGP-fractie heeft hier andere gedachten bij. De Provincie Overijssel stelt zich al jaren ten doel meer toeristen  naar Overijssel te halen.

In het Zwarte Woud is de zgn. Konuskarte ontwikkeld. Toeristen betalen daar een kleine bijdrage per nacht voor hun verblijf. In ruil daarvoor krijgt de toerist het recht om van alle bussen en treinen, niet zijnde doorgaande treinen, gebruik te maken binnen het Zwarte Woud gedurende hun verblijfsperiode. Deze extra bijdrage in de toeristenbelasting is een zekere vorm van bijdrage aan het Openbaar Vervoer en het aantal passagiers in de  rustige schoolvakantietijd zal naar verwachting toenemen. Bovendien kan het bijdragen aan de werkgelegenheidszekerheid van de chauffeurs. Naar mening van de SGP-fractie is het de moeite waard onderzoek te doen of dit in onze provincie mogelijk is.

Daarom zal de SGP-fractie een motie indienen om onderzoek te doen naar de mogelijkheid om deze vorm van  reizen voor de verblijfsrecreant mogelijk te maken en dit te realiseren op de manier zoals dit in het Zwarte Woud toegepast wordt. Dit kan een middel zijn om de lege bussen en treinen in de vakantietijd en in de daluren meer bezetting te geven. De extra opbrengst van kan dan ten goede komen aan het OV. Wij beseffen ten volle, voorzitter, dat  hierbij de medebetrokkenheid en de medeverantwoordelijkheid van de recreatie-  en horecaondernemers onontbeerlijk is. Bovendien kan het een positieve uitwerking hebben op onze provinciale vrijetijdseconomie.

De strekking van deze motie, waarvan ik de overwegingen niet zal voorlezen, is de volgende:

Dringen daarom bij GS aan:

  • Onderzoek te doen naar de toepasbaarheid van dit systeem van Openbaar Vervoer in Overijssel (volgens het concept www.Konuskarte.de),
  • Bij dit onderzoek de recreatie- en horecaondernemers (hotels e.d.) nadrukkelijk te betrekken,
  • Indien nodig de samenwerking met het Twents Bureau voor Toerisme, het Regionaal Bureau voor Toerisme Vechtdal-IJsseldelta, eventueel andere toeristische organisaties en gemeenten te zoeken,
  • Het resultaat van dit onderzoek zo spoedig mogelijk aan PS mee te delen om daarna gezamenlijk te bezien of deze maatregel een positieve bijdrage kan leveren aan een goed Openbaar Vervoer in Overijssel.

Voorzitter, een ander onderwerp wat de SGP-fractie aan wil roeren, en dat ligt iets teerder, dat is het volgende.  Wat is er op tegen om de dienstregelingen in de weekenden eens goed onder de loep te nemen? Ergens las ik, ik meen in één van de onderliggend stukken, dat er op zondag in Staphorst geen openbaar vervoer is omreden dat er geen vraag naar is.

Voorzitter, naar mening van de SGP-fractie zijn er meer plaatsen of streken in Overijssel waar dat zo is. Wellicht kan het flink voordeel opleveren door hier eens goed naar te kijken. Als een bus rijdt, alleen omdat er een chauffeur in zit, moeten we heel diep gaan nadenken of dit wel zin heeft.

Bovendien zijn het, naar onze mening,  ook nog niet de goedkoopste diensten op zondag voor wat beloning betreft. Dan gaat het de SGP-fractie niet alleen om het financiële voordeel maar bovenal om de heiliging van de zondag en het tegengaan van zondagsarbeid.

Hoewel mijn fractie voorstander is van een goed Openbaar Vervoer, en gezien onze aangekondigde motie daar ook graag aan wil bijdragen, zal mijn fractie ook blij zijn met iedere bus en met iedere trein die op zondag niet hoeft te rijden.

Onderstaand de inhoud van de ingediende motie die met 26 stemmen voor en 20 stemmen tegen werd aangenomen:

De Staten, gehoord de beraadslaging,

  • Overwegende dat,
  • In het Zwarte Woud (Duitsland) het aantal verblijfsrecreanten in het Openbaar Vervoer vooral in de vakantieperiodes toeneemt,
  • Nadat de verblijfsrecreant  op zijn verblijfsplaats is ingeschreven, deze een bewijs ontvangt waarop zijn  verblijfsduur is aangegeven,
  • De verblijfsrecreant op vertoon van dit bewijs gedurende zijn verblijfsperiode recht heeft op Openbaar Vervoer, in zowel de bus als trein, in het gehele Zwarte Woud, met uitzondering van de doorgaande en internationale treinen,
  • De medebetrokkenheid en de medeverantwoordelijkheid van de recreatieondernemers onontbeerlijk is.

Zijn van mening dat:

  • Door een soortgelijke systeem de verblijfsrecreant binnen Overijssel op een aantrekkelijke manier gebruik kan maken van het Openbaar Vervoer,
  • De bezettingsgraad in de bussen en treinen tijdens de vakantietijd zal toenemen en dit zal bijdragen aan een betere exploitatie van het Openbaar Vervoer,
  • Het autogebruik hierdoor  in de vakantietijd kan worden teruggedrongen en het milieu daardoor minder zal worden belast,
  • De Provincie Overijssel met deze vorm van Openbaar Vervoer  een zeer positief en uitnodigend  gebaar maakt richting (potentiële) verblijfsrecreanten,
  • Het aanbod van deze vorm van Openbaar Vervoer het aantal verblijfsrecreanten in Overijssel kan doen toenemen en daardoor een positieve uitwerking kan  hebben op onze provinciale vrijetijdseconomie.

Dringen daarom bij GS aan:

  • Onderzoek te doen naar de toepasbaarheid van dit systeem van Openbaar Vervoer in Overijssel (volgens het concept www.Konuskarte.de),
  • Bij dit onderzoek de recreatie- en horecaondernemers (hotels e.d.) nadrukkelijk te betrekken en indien nodig de samenwerking met het Twents Bureau voor Toerisme, het Regionaal Bureau voor Toerisme Vechtdal-IJsseldelta, eventueel andere toeristische organisaties en gemeenten te zoeken,
  • Het resultaat van dit onderzoek zo spoedig mogelijk aan PS mee te delen om daarna gezamenlijk te bezien of deze maatregel een positieve bijdrage kan leveren aan een goed Openbaar Vervoer in Overijssel.

 

en gaan over tot de orde van de dag.